Crisis-ig

Crisis

Klassieke wijsheid over tijden van crisis
Samengesteld en ingeleid door Emilia Menkveld en Maurits Lesmeister
Athenaeum–Polak & Van Gennep, 2023

Bestel dit boek via onze partner Athenaeum Boekhandel

Door via bovenstaande knop deze titel te bestellen, gaat een klein deel van de opbrengst naar Nexus. Zo heeft u zelf straks een mooi boek in handen, én helpt u het intellectuele klimaat in Nederland levend te houden!

 

Door Maurits Lesmeister

Wat voor het verleden geldt, geldt ook voor de literatuur: beide kunnen dienstdoen als een spiegel voor het heden. Dat is niet voor niets een gemeenplaats, in beide gevallen. De literatuur en het verleden bieden andere werelden, die ons de boel net iets anders laten bezien dan als we alleen de krant lezen of uit ons raam kijken. In verhoogde mate geldt dat voor de literatuur van het verleden, en des te meer voor de literatuur van de Oudheid. Hoewel de antieke literatuur geen kant-en-klare handleidingen bij eigentijdse situaties verschaft, biedt een blik op de Oudheid vaak een gezonde dosis reflectie.

Dat is het uitgangspunt voor Crisis, het tweede deel in een reeks bloemlezingen die Emilia Menkveld en ik samenstellen voor uitgeverij Athenaeum. Na Speechen, een verzameling fragmenten uit antieke teksten over spreken in het openbaar, wilden we met Crisis een staalkaart geven van crisisbeschrijvingen in de Grieks-Romeinse literatuur, waarbij we konden putten uit zestig jaar vertalingen in de prachtige Baskerville-reeks van de uitgeverij.

De tijd lijkt er rijp voor: er wordt zoveel geschreven over allerhande crises dat je je kunt afvragen of een term die van toepassing is op zowel de huizenmarkt en het leesonderwijs als de situatie in Palestina, niet aan al te grote inflatie onderhevig is. Dus wat is eigenlijk een crisis?

Bij het beantwoorden van die vraag lijkt het in de context van antieke literatuur een voordeel te zijn dat κρίσις een van oorsprong Grieks woord is. In het Oudgrieks heeft het echter helemaal niet de betekenis die ons bekend is, maar betekent het zoiets als ‘beslissing’ (het is verwant aan het werkwoord κρίνω – beslissen). Daar zijn ook heel specifieke betekenissen van afgeleid – in christelijke teksten wordt ‘crisis’ gebruikt om het Laatste Oordeel mee aan te duiden – maar  die raken nergens echt aan de moderne betekenis van het woord.

Vanaf het eerste gebruik van de term in de moderne talen, zo rond de veertiende eeuw, is er wel een algemene betekenis te ontwaren: in de politieke of economische context waarin het woord veel gebruikt wordt, wijst het steevast op situaties of gebeurtenissen die een beslissend moment vormen. Het betreft altijd een moment met een ‘voor’ en een ‘na’. De wereld is niet meer hetzelfde na een crisis, en het is soms zelfs moeilijk ons de wereld van voor 9/11 of de coronapandemie voor de geest te halen.

Dat κρίσις niet hetzelfde betekent als crisis, wil niet zeggen dat er geen klassieke begrippen bestonden voor wat we nu een crisis noemen. In de inleiding van hun bundel After the Crisis – gepubliceerd in 2020 naar aanleiding van een conferentie van classici – wijzen Jacqueline Klooster en Inger Kuijn op termen als στάσις (‘stilstand’, maar ook ‘opstand’) of bellum civile (‘burgeroorlog’).

Met die termen in ons achterhoofd struinden Menkveld en ik dus de klassieke literatuur af, op zoek naar de mooiste en indrukwekkendste beschrijvingen van crises, in zoveel mogelijk inhoudelijke én vormelijke variatie. Strikt persoonlijke of huiselijke crises, zoals de huwelijkscrisis in Euripides’ Medea, lieten we buiten beschouwing – deels uit zelfbescherming, omdat we tijdens het samenstellen van de bundel in het huwelijk traden. We selecteerden fragmenten uit ongeveer tien Griekse en Latijnse teksten, zowel ‘technische teksten’ uit de filosofie en geschiedschrijving als ‘zuiver literaire’, zoals epos en toneel. Dat onderscheid is overigens evenzeer modern als de huidige betekenis van het woord ‘crisis’: in de Oudheid stond de toneeldichter Aeschylus net zozeer als wijsgeer bekend als de bioloog Aristoteles. In de algemene inleiding lichten we het thema en onze keuzes voor de fragmenten toe. Daarnaast krijgt elk individueel fragment een eigen, korte inleiding.

Natuurlijk zijn er de evergreens, zoals teksten van Homerus en Plato: van die laatste namen we zijn gedachten over de teloorgang van politieke systemen op, die bijvoorbeeld ook het hoofdthema van Ilja Leonard Pfeijffers Alkibiades vormden. Het gekozen fragment uit de Ilias – de verzoening tussen Achilles en Agamemnon na de dood van Patroklos – roept de vraag op wat de mogelijkheden en voorwaarden zijn voor het oplossen van allesontwrichtende interne conflicten. Maar we hebben ernaar gestreefd ook teksten te selecteren die misschien niet op iedere boekenplank staan, en die in elk geval niet elke gymnasiast op school voorgeschoteld krijgt.

Zo hebben we het tweede boek uit Lucanus’ Burgeroorlog integraal opgenomen. Lucanus genoot in de Renaissance in Nederland een enorme reputatie en werd zonder meer in één adem genoemd met zijn voorganger Vergilius, maar is sindsdien lichtelijk in ongenade gevallen: de latere epische dichters zouden slechts ‘zilveren’ Latijn hebben geproduceerd, een pover namaaksel van Vergilius’ ‘gouden’ Latijn.

Het epos, dat de dichter mogelijk de kop heeft gekost, kwam tot stand onder het bewind van keizer Nero, en is misschien een verkapt commentaar op het schrikbewind van diens laatste jaren. In elk geval is het een gruwelijk verslag van de burgeroorlogen die het Rijk teisterden in de eerste eeuw voor Christus. Het gedicht gaat voornamelijk over de strijd om de macht tussen Caesar en Pompeius, maar de ingebedde vertelling aan het begin van het tweede boek beschrijft de bloedbaden die een paar decennia eerder werden aangericht door Marius en Sulla. De plastische beschrijving, misschien zelfs esthetisering van geweld rechtvaardigt de vaakgehoorde vergelijking van Lucanus’ werk met het filmoeuvre van Quentin Tarantino, terwijl de versmelting van de twee burgeroorlogen in Lucanus’ narratief bij de 21e-eeuwse lezer parallellen voor de geest roept met moderne generaties durende conflicten.

Van een heel andere orde is Augustinus’ Stad van God. De neiging bestaat al snel om de christelijke literatuur buiten beschouwing te laten als het over de Oudheid gaat – en dat is niet onbegrijpelijk, want je moet ergens stoppen. Toch is het zonde als daardoor een rijke tekst als De civitate Dei op de plank blijft liggen. De tekst is niet alleen een monument voor de innige verknooptheid van de christelijke en de ‘heidense’ wereld in de Oudheid, of een casestudy bij onderzoek naar de samenhang tussen oorlog en religie, maar ook nog eens een schitterend voorbeeld van de invloed van een grote crisis in een wankelend wereldrijk op het denken en voelen van een individu. Augustinus is bovendien een groot schrijver, die genoemde spanningen als geen ander in zijn magnum opus weet te vatten.

Crisis is geen zelfhulpboek, geen lijst pasklare vergelijkingen met hedendaagse situaties, en ook geen uitputtende beschrijving van de crises die de oude wereld te verstouwen heeft gehad. Wel hopen we te laten zien dat echt mooie boeken niet verjaren, en dat de echt grote thema’s van alle tijden zijn. Crisis of geen crisis.