Zomer van de vriendschap
Volker Wiedermann
Cossee, Amsterdam, 2015
Door Clara Bolle, filosoof
Een foto van twee mannen. Een drietal wijnglazen op tafel. Een pakje sigaretten, nog net in beeld. De man aan de rechterkant kijkt recht in de camera; of kijkt hij in de zon, met zijn ogen een beetje dichtgeknepen? Van hem is waarschijnlijk het pakje sigaretten; hij houdt een half opgebrande sigaret losjes tussen wijs- en middelvinger. De man links van hem is een kop groter. Hij kijkt zijdelings naar de man naast hem. Een lichte glimlach op zijn gezicht verraadt zijn genegenheid. Op de foto staan twee vrienden, zoveel is duidelijk. Het is een portret van de vriendschap tussen de schrijvers Stefan Zweig en Joseph Roth.
In Zomer van de vriendschap gaat Volker Weidermann in op de relatie tussen Zweig en Roth. Het boek begint met een schets van het leven van beide heren voordat ze elkaar ontmoeten. Zweig is de grote, populaire schrijver. Hij woont in een villa in Oostenrijk en zit er warmpjes bij. Roth daarentegen komt uit het arme Oosten en moet zijn kostje bij elkaar scharrelen. Later zal Zweig Roth nog menigmaal te hulp schieten met giften, zoals Roth Zweig ook zal helpen met zijn romans. Het zwaartepunt van hun vriendschap ligt in de zomer van 1936, wanneer ze vakantie vieren in het Vlaamse Oostende. Weidermann schrijft dat de heren regelmatig op de terrassen vertoeven, kijkend naar de boten op zee onder het genot van een glas champagne.
De situatie is echter veel penibeler dan het lijkt: op de achtergrond speelt de economische crisis en de aanstaande oorlog. De boeken van Zweig worden inmiddels niet meer uitgegeven in Duitsland, en voor Roth is de financiële situatie nog nooit zo benauwd geweest. Ze zitten dan ook niet in hun eentje in Oostende. De kritische Duitstalige schrijverselite is uitgeweken naar de kust om in rustiger vaarwater te geraken. Ondanks de fysieke afstand is de Duitse politiek altijd nabij. De discussies gaan aan de stamtafels gewoon door. Ook de kranten vinden gretig aftrek. Maar er is ook tijd voor verstrooiing, zoals bij de zomer hoort. Zweig laat voor Roth een mooie broek maken, maar geen jasje. Roth straft Zweig door over zijn oude jas glaasjes likeur te gieten. Nu moet Zweig naast een nieuwe broek ook wel een jasje kopen voor zijn vriend. ‘Hij is geniaal’, zegt Zweig over Roth. ‘Geniaal zoals Verlaine, zoals Villon!’
Ondanks de afleiding die een badplaats biedt, het casino, champagne en zwemmen, is de zomer van 1936 vooral een eenzame, onzekere zomer. Wie weet wat hen boven het hoofd hangt? Wat zal september hen brengen? ‘Einsamer nie als im August’, schreef de dichter Gottfried Benn over het fenomeen zomer. Volgens Roth was deze zomer in Oostende vooral ‘een oude en zeer vermoeide zomer’. Haast een ‘herfstige zomer’. Zo een met één been in het graf, aldus Roth. Weidermann laat de zomer van de vriendschap dan ook kort duren. De tijd schrijdt onherroepelijk voort. Hoewel we weten hoe het zal aflopen, komt het einde toch als een schok. De twee vrienden verliezen elkaar uit het oog. Uiteindelijk bezwijkt Roth aan zijn alcoholisme en kiest Zweig voor de dood in Brazilië. ‘We worden niet oud, wij emigranten’, schreef Zweig aan Romain Rolland.
Zomer van de vriendschap is een terugblik op een vriendschap in ontbinding. De foto met Zweig en Roth was al flets voordat hij werd genomen. De twee schrijvers realiseerden zich toen al dat hun hoogtepunt voorbij was. Wanneer het heden onbevredigend is en de toekomst onzeker, blijft alleen nog het verleden over. Radetskymars en De kapucijner crypte van Roth, maar ook Ongeduld van Zweig getuigen van een hunkering naar het verleden; het glorieuze verleden van het Habsburgse rijk, toen verschillende volkeren naast elkaar leefden in vrede, en er geen grenzen waren. De tijd van het Habsburgse rijk is wellicht de ware zomer van Zweig en Roth.
Het boek Zomer van de vriendschap leest als een korte biografie van het leven van Roth en Zweig. Het is een ideale inleiding op hun leven en werk, maar ook te gebruiken als achtergrondwerk. Het boek prikkelt je om je verder te verdiepen in de romans en essays van Roth en Zweig. Ik ben in ieder geval van plan om tijdens de donkere maanden voor kerst hun meesterwerken er weer eens bij te pakken.